Een complete gids voor industriële schuifafsluiters

Ontwerp:

• Poort Sluis: Heeft een wigvormige poort die op en neer schuift in het kleplichaam om de stroming te blokkeren of toe te staan.
• Kogelkraan: Heeft een bol met een gat erdoorheen (de bal) die in het kleplichaam draait. Door de bal 90 graden te draaien, wordt het gat uitgelijnd of geblokkeerd, waardoor de stroom wordt geregeld.

Operatie:

• Poort Sluis: Vereist volledige opening of sluiting voor optimale doorstroming en afdichting. Kan worden bediend met een handwiel, hendel of actuator.
• Kogelkraan: Vereist slechts een kwartslag om volledig te openen of te sluiten. Vaak eenvoudiger en sneller te bedienen dan een schuifafsluiter.

Stromingskarakteristieken:

• Poort Sluis: Biedt lage stromingsweerstand wanneer deze volledig open is dankzij het rechte stromingspad. Niet ideaal voor het smoren (gedeeltelijk reguleren) van de stroom vanwege de kans op erosie en slijtage.
• Kogelkraan: Biedt dankzij de kogel enige stromingsweerstand, zelfs wanneer deze volledig geopend is, maar kan in beperkte mate worden gebruikt voor throttling.

Andere Overwegingen:

• Duurzaamheid: Kogelkranen zijn over het algemeen duurzamer en hebben een langere levensduur dan schuifafsluiters, vooral bij frequent aan/uit-bedrijf.
• Lekkage: Kogelkranen bieden vaak een betere lekafdichting dan schuifafsluiters, vooral onder hoge druk.
• Kosten: Schuifafsluiters zijn vaak goedkoper dan kogelkranen, vooral voor grotere maten.
• Aantal poorten: Kogelkranen kunnen in configuraties met meerdere poorten worden geleverd, terwijl schuifafsluiters doorgaans slechts twee poorten hebben.

Austenitisch roestvast staal: Deze staalsoorten bevatten chroom (18% of meer) en nikkel (8% of meer), waardoor ze zeer goed bestand zijn tegen corrosie en oxidatie. Ze zijn ook ductiel en lasbaar, waardoor ze een goede keuze zijn voor een breed scala aan toepassingen. Enkele veel voorkomende austenitische roestvaste staalsoorten die in schuifafsluiters worden gebruikt, zijn AISI 304 (ook bekend als CF8) en AISI 316 (ook bekend als CF8M).

Ferritische roestvaste staalsoorten: Deze staalsoorten bevatten chroom (12% tot 30%) maar weinig of geen nikkel. Ze zijn minder bestand tegen corrosie dan austenitische staalsoorten, maar zijn magnetischer en goedkoper. Ze zijn een goede keuze voor toepassingen waarbij hoge sterkte en slijtvastheid belangrijker zijn dan corrosiebestendigheid. Enkele veel voorkomende ferritische roestvaste staalsoorten die in schuifafsluiters worden gebruikt, zijn AISI 430 en AISI 446.

Martensitische roestvaste staalsoorten: Deze staalsoorten bevatten chroom (12% tot 18%) en koolstof (0,1% tot 1,0%). Ze zijn harder en sterker dan austenitisch of ferritisch staal, maar zijn ook brosser en minder bestand tegen corrosie. Ze zijn een goede keuze voor toepassingen waarbij hoge sterkte en slijtvastheid essentieel zijn, zoals in kleppen voor hogedruk- of hoge temperatuurtoepassingen. Enkele veel voorkomende martensitische roestvaste staalsoorten die in schuifafsluiters worden gebruikt, zijn AISI 410 en AISI 420.

Het verticaal installeren van een schuifafsluiter kan in sommige gevallen worden gedaan, maar dit is afhankelijk van verschillende factoren:

1. Ventielontwerp:

• Voorkeur: Kleppen die speciaal zijn ontworpen voor verticale installatie zijn gebouwd met functies zoals verbeterde spindelsmering en interne drainage om vloeistofophoping te voorkomen.
• Mogelijk, maar met overwegingen: Standaard schuifafsluiters kunnen verticaal worden geïnstalleerd, maar het kan zijn dat u aanvullende voorzorgsmaatregelen moet nemen:
  • Zorg ervoor dat de stuurpen op zijn plaats zit omhoog of horizontaal: Dit voorkomt dat de wig op de bodem blijft liggen en mogelijk vast komt te zitten.
  • Gebruik een ventiel met een poort met volledige poort: Dit vermindert het risico dat vuil zich ophoopt in het klephuis.
  • Denk aan potentieel problemen met smering: Sommige ontwerpen vereisen mogelijk extra smering vanwege de zwaartekracht die de olieverdeling op de stuurpen beïnvloedt.

2. Toepassingskenmerken:

• Vloeistoftype: Voor stroperige vloeistoffen of vloeistoffen die vuil bevatten, kan horizontale installatie de voorkeur hebben om mogelijke bezinkings- en verstoppingsproblemen te voorkomen.
• Stroomrichting: Als de stroomrichting over de klep aanzienlijk verandert, kan een verticale installatie leiden tot meer turbulentie en lawaai.
• Onderhoudsbehoeften: Overweeg toegang voor toekomstig onderhoud en smering, wat gemakkelijker kan zijn met horizontale kleppen.

3. Regelgeving en normen:

• Controleer altijd relevant industriestandaarden en aanbevelingen van de fabrikant voor de specifieke klep en toepassing. Sommige toepassingen kunnen specifieke eisen stellen aan de kleporiëntatie.